pikhouweel
Nederlands
Woordafbreking
- pik·hou·weel
Woordherkomst en -opbouw
- Samenstelling van het verouderde pik (puntig ijzer) en houweel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pikhouweel | pikhouwelen |
verkleinwoord | pikhouweeltje | pikhouweeltjes |
Zelfstandig naamwoord
pikhouweel o
- hakwerktuig met steel, voorzien van een punt aan de ene zijde en een beitelachtige voorziening aan de andere zijde
- Kan je me het pikhouweel even aangeven? Ik krijg deze steen niet los.
Vertalingen
1. hakwerktuig met steel, voorzien van een punt aan de ene zijde en een beitelachtige voorziening aan de andere zijde
Gangbaarheid
- Het woord pikhouweel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'pikhouweel' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.