paardenfluisteraar
Nederlands
![](../I/m/Horse_whisperer_-_panoramio.jpg)
1. Een paardenfluisteraar aan het werk in Jordanië.
Woordafbreking
- paar·den·fluis·te·raar
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van paard zn en fluisteraar zn met het invoegsel -en- , leenvertaling van horse whisperer, een begrip dat in Nederland gangbaar werd door het gelijknamige boek van N. Evans
uit 1995, verfilmd in 1998
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | paardenfluisteraar | paardenfluisteraars |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
paardenfluisteraar m
- (paardrijden) iemand die paarden traint met veel begrip voor hun natuurlijk gedrag
- Scholte haalt de Zwolse paardenfluisteraar op 17 en 18 april naar Huijbergen voor een cursus paardenfluisteren. Over "natuurlijk omgaan met paarden", "samenwerking tussen mens en paard" voor een "verfijnder, vloeiender en veel prettiger contact". [1]
Gangbaarheid
- Het woord paardenfluisteraar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- Reinders, R. "Stap in wereld van het paard" in: Provinciale Zeeuwse Courant jrg. 242 nr. 88 (14 april 1999); p. 30 kol. 1/2; geraadpleegd 2018-12-15
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.