opslag

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • op·slag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord opslag opslagen
verkleinwoord opslagje opslagjes

Zelfstandig naamwoord

opslag m

  1. berging, tijdelijke plaatsing van goederen
    • De meubels zijn nog in opslag, maar we kunnen ze morgen afhalen. 
  1. (sport) het de lucht inspelen van de bal om deze zo in het spel te brengen
    • De tegenstander liet de bal uitgaan en zo kreeg hij de opslag. 
  1. loonsverhoging
  2. het opslaan (van de ogen bijv: oogopslag)
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord opslag staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.