omstoten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • om·sto·ten
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
omstoten
stiet om
stootte om
omgestoten
klasse 7

gemengd
zwak -t

volledig

Werkwoord

omstoten

  1. overgankelijk iets met een slag om laten vallen
    • Hij stootte per ongeluk het glas om. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord omstoten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.