muilkorf
![](../I/m/Police_dog_Peru_Lima_La_Victoria_Plaza_Manco_C%C3%A1pac.jpg)
Een hond met muilkorf
Nederlands
Woordafbreking
- muil·korf
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van muil en korf
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | muilkorf | muilkorven |
verkleinwoord | muilkorfje | muilkorfjes |
Zelfstandig naamwoord
muilkorf m
- een leren of metalen korf die voor de bek van een dier gespannen wordt om bijten onmogelijk te maken
- Na zelf enige keren gebeten te zijn kocht hij een muilkorf voor zijn hond.
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
muilkorven |
muilkorf
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van muilkorven
- Ik muilkorf.
- gebiedende wijs van muilkorven
- Muilkorf!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van muilkorven
- Muilkorf je?
Gangbaarheid
- Het woord muilkorf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'muilkorf' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.