micro

Niet te verwarren met: micro-
1. toestel om geluid om te zetten in elektrische signalen
2. benaming voor de eerste computers met centrale verwerkingseenheid op één chip
3. oven die voedsel met behulp van microgolven verwarmt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  micro    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈmɪkro/
Woordafbreking
  • mi·cro
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord micro micro's
verkleinwoord microotje microotjes

Zelfstandig naamwoord

micro m

  1. toestel om geluid om te zetten in elektrische signalen zodat het kan worden versterkt of opgeslagen
  2. (historisch) (informatica) benaming voor de eerste computers met centrale verwerkingseenheid op één chip
  3. magnetron, oven die voedsel met behulp van microgolven verwarmt
stellend
onverbogen micro
verbogen (alleen
predicaat)

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als bijvoeglijk naamwoord

Bijvoeglijk naamwoord

  1. (economie) op de schaal van afzonderlijke bedrijven of huishoudens
  2. in het klein, op kleine schaal
Antoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord micro staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.