metselaar

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • met·se·laar
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘iem. die metselen als beroep uitoefent’ voor het eerst aangetroffen in 1343 [1]
  • Naamwoord van handeling van metselen met het achtervoegsel -aar
enkelvoud meervoud
naamwoord metselaar metselaars
verkleinwoord metselaartje metselaartjes

Zelfstandig naamwoord

metselaar m

  1. (beroep) een bouwvakker gespecialiseerd in metselen
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord metselaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.