lokken

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lokken    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɔkə(n)/
Woordafbreking
  • lok·ken
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘aantrekken’ voor het eerst aangetroffen in 1100 [1] [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
lokken
lokte
gelokt
zwak -t volledig

Werkwoord

lokken [3] [4] [5]

  1. overgankelijk mens of dier verleiden ergens heen te komen
    • De eenden werden door een lokeend in de kooi gelokt. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

lokken mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord lok

Gangbaarheid

  • Het woord lokken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.