uitlokken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·lok·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitlokken
lokte uit
uitgelokt
zwak -t volledig

Werkwoord

uitlokken

  1. verleiden, veroorzaken, iets of iemand iets laten doen
    • De krasse uitspraken van de politicus lokte heftige kritiek uit. 

Gangbaarheid

  • Het woord uitlokken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.