lokaas
Nederlands
Woordafbreking
- lok·aas
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van lok ww en aas
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | lokaas | lokazen |
verkleinwoord | lokaasje | lokaasjes |
Zelfstandig naamwoord
lokaas o [1]
- een stukje vlees of vis bedoeld om een dier mee te kunnen vangen
- Zeepieren worden door vissers vaak als lokaas gebruikt.
- (figuurlijk) wat iemand tot iets verlokt
Vertalingen
1. stuk vlees of vis bedoeld om een dier mee te kunnen vangen.
Gangbaarheid
- Het woord lokaas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'lokaas' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.