likken
Nederlands
Woordafbreking
- lik·ken
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘met de tong over iets heen gaan’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 901 [1] [2] [3]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
likken |
likte |
gelikt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
- met de tong aanraken
- Het jongetje likte aan de lolly.
- glad maken en glanzend polijsten
Hyponiemen
- aflikken, belikken, gatlikken, kontlikken, kutlikken, oplikken, pannenlikken, strooplikken, uitlikken
Afgeleide begrippen
- gelik, likdoorn, likhout, likker, likmevestje, liksteen, likstok, likzout
Uitdrukkingen en gezegden
- je wonden likken
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord likken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'likken' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "likken" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- likken op website: Etymologiebank.nl
- likken op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.