ligger
Nederlands
Woordafbreking
- lig·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ligger | liggers |
verkleinwoord | liggertje | liggertjes |
Zelfstandig naamwoord
ligger m
- (bouwkunde) een samengesteld horizontaal constructie-element om een ruimte te overspannen
- De liggers waren door de constructeur nauwkeurig berekend.
- (sport) elk van de horizontale steunen van een brug als gymnastiekwerktuig
Verwante begrippen
Hyponiemen
- gerberligger, hoofdligger, langsligger, vierendeelligger, vleugelligger
Afgeleide begrippen
- liggerbrug
Gangbaarheid
- Het woord ligger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ligger' herkend door:
92 % | van de Nederlanders; |
85 % | van de Vlamingen. |
Deens
Woordafbreking
- lig·ger
Naar frequentie | 452 |
---|
Noors
Woordafbreking
- lig·ger
Naar frequentie | 414 |
---|
Nynorsk
Werkwoord
ligger
Verwijzingen
- Taalhervorming 2012:
Ny rettskriving for 2000-talet (in het Nynorsk)
3.4.4 Presens på [-er] av sterke verb
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.