levenloos

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • le·ven·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen levenlooslevenlozerlevenloost
verbogen levenlozelevenlozerelevenlooste
partitief levenlooslevenlozers-

Bijvoeglijk naamwoord

levenloos

  1. zonder leven
    • Na het lopen van de 4 daagse kwam hij levenloos over de eindstreep. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord levenloos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.