len

Limburgs

Uitspraak

IPA: /læn/ (Etsbergs)

Woordherkomst en -opbouw

Komt van de Engelse afkorting LAN (local area network).

Zelfstandig naamwoord

len m

draadloos internet
draadloze internetverbinding

Verbuiging

	enkelvoud				meervoud
	geheel	gemuteerd	verkleind	gemuteerd verkleind	geheel	gemuteerd	verkleind	gemuteerd verkleind
nominatief	len	-	lenke	-	lenner	-	lenkes	-
genitief	lens	-	lenkes	-	lenner	-	lenkes	-
locatief	lennes	-	lenneske	-	lennese	-	lenneskes	-
datief	lenne	-	lenke	-	lenner	-	lenkes	-
accusatief	len	-	lenke	-	lenner	-	lenkes	-

Hongaars

Zelfstandig naamwoord

len

vlas

Pools

Zelfstandig naamwoord

len m

vlas

Vietnamees

Zelfstandig naamwoord

len

wol

Zweeds

Uitspraak

Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?

Woordafbreking

len

stellend	vergrotend	overtreffend
len	lenare	lenast

Bijvoeglijk naamwoord

len

zacht

Synoniemen

slät

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.