kunststof
Nederlands
Woordafbreking
- kunst·stof
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘chemisch gemaakte stof’ voor het eerst aangetroffen in 1937 [1]
- samenstelling van kunst en stof
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kunststof | kunststoffen |
verkleinwoord | kunststofje | kunststofjes |
Zelfstandig naamwoord
kunststof v/m
- (scheikunde) een materiaal dat langs chemische weg vervaardigd is, veelal een polymeer
- Urethanen en polycarbonaten zijn bekende kunststoffen.
Vertalingen
1. een materiaal dat langs chemische weg vervaardigd is, veelal een polymeer
stellend | |
---|---|
onverbogen | (alleen attributief) |
verbogen |
Bijvoeglijk naamwoord
kunststof
- van kunststof vervaardigd
Gangbaarheid
- Het woord kunststof staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kunststof' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.