kruier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kruier    (hulp, bestand)
  • IPA: /krœyjər/
Woordafbreking
  • krui·er
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van kruien met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord kruier kruiers
verkleinwoord kruiertje kruiertjes

Zelfstandig naamwoord

kruier m

  1. (beroep) iemand die bagage vervoert op o.a. stations en vliegvelden
    • De kruier vervoerde hun bagage naar de goede plek. 
Verwante begrippen
Hyponiemen
  • bierkruier, binnenkruier, bovenkruier, buitenkruier, onderkruier, uienkruier
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord kruier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
88 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.