komediant

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • ko·me·di·ant
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord komediant komedianten
verkleinwoord komediantje komediantjes

Zelfstandig naamwoord

komediant m [2]

  1. toneelspeler in blijspelen
  2. aansteller, veinzer
  3. grappenmaker, humorist, potsenmaker
Verwante begrippen
Vertalingen
    1.   

Gangbaarheid
  • Het woord komediant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen
  1. komediant op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.