kinderzitje

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kin·der·zit·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord
verkleinwoord kinderzitje kinderzitjes

Zelfstandig naamwoord

kinderzitje o dim. tant.

  1. Iets waarin een klein kind veilig kan zitten voor bijvoorbeeld in de auto of op de fiets of brommer
    • 1978 Introductie eerste kinderzitje voor in de auto 

Gangbaarheid

  • Het woord kinderzitje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.