jaloersheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ja·loers·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jaloersheid jaloersheden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

jaloersheid v

  1. een wrok die iemand koestert omdat men een ander niet gunt wat men zelf begeert
    • Zijn jaloersheid is spreekwoordelijk. 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord jaloersheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Papiamento

Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud of
impliciet meervoud
expliciet meervoud
  jaloersheid     -  

Zelfstandig naamwoord

jaloersheid

  1. jaloezie, afgunst.
Schrijfwijzen
Synoniemen
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.