inauguratie
Nederlands
Woordafbreking
- in·au·gu·ra·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van inaugureren met het achtervoegsel -atie [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | inauguratie | inauguraties |
verkleinwoord | inauguratietje | inauguratietjes |
Zelfstandig naamwoord
inauguratie v
- de feestelijke of plechtige inwijding in een ambt
- De inauguratie van Barack Obama verliep zonder problemen.
- Honderdduizenden mensen wereldwijd demonstreren zaterdag tegen ongelijkheid en intolerantie naar aanleiding van de inauguratie van de Amerikaanse president Donald Trump [2]
Vertalingen
1. de feestelijke of plechtige inwijding in een ambt
Gangbaarheid
- Het woord inauguratie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'inauguratie' herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.