heuvelkam

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • heu·vel·kam
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord heuvelkam heuvelkammen
verkleinwoord heuvelkammetje heuvelkammetjes

Zelfstandig naamwoord

heuvelkam m

  1. rij lage bergen
    • „Geluidloos scheert de roofvogel over de heuvelkam, op zoek naar een prooi.” Zo zou een verzonnen verhaal kunnen beginnen. Maar in het vakantiegebied rond het Luxemburgse Walsdorf is het echt waar. Daar zijn heuvels en haviken genoeg. [1] 
    • „Wanneer de zon scheen op de tegenoverliggende kust kon je de Griekse dorpen van Anatolië zien liggen, leeg, verlaten en gebleekt in de zon. Je kon zelfs kamelenkaravanen onderscheiden die langzaam over een heuvelkam bewogen.” [2] 
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord 'heuvelkam' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
85 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Reformatorisch Dagblad 30-01-2012 Natuurgebied in Luxemburg ziet eruit als lappendeken
  2. Reformatorisch Dagblad Johan Snel 17-08-2012 Honderd jaar Griekse eenzaamheid op Lesbos
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.