heester

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hees·ter
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘struik’ voor het eerst aangetroffen in 1210 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord heester heesters
verkleinwoord heestertje heestertjes

Zelfstandig naamwoord

heester m

  1. (plantkunde) laaggroeiende, boomachtige struik, (een houtige plant zonder uitgesproken stam)
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • hennastruik
  • hibiscusstruik
  • indigostruik
  • jeneverbessenstruik
  • kapperstruik
  • koffiestruik
  • mahoniestruik
  • palmstruik
  • peperstruik
  • ranonkelstruik
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord heester staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
90 %van de Nederlanders;
88 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.