gluren

Gluren door een sleutelgat.

Nederlands

Uitspraak

Geluid: gluren (hulp, bestand)
IPA: /ˈɣlyː.rə(n)/

Woordafbreking

glu·ren

Woordherkomst en -opbouw

In de betekenis van ‘tersluiks kijken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1588 [1]

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
gluren /ˈɣlyːrə(n)/	gluurde /ˈɣlyːrdə/	gegluurd /ɣəˈɣlyːrt/
zwak -d	volledig

Werkwoord

gluren

inergatief in het geheim aandachtig naar iemand kijken

- Onze kat zit verdacht vaak naar de parkiet te gluren.

Vertalingen

1. in het geheim aandachtig naar iemand kijken

Afrikaans: gluur ^(af)
Duits: spähen ^(de), schielen ^(de)
Engels: peep ^(en), leer ^(en), peek ^(en)
Frans: épier ^(fr), guetter ^(fr)
Fries: glûpje ^(fy), kypje ^(fy)
Esperanto: kaŝobservi ^(eo), spioni ^(eo)
Indonesisch: mengintip ^(id)
Italiaans: sbirciare ^(it), guardare di soppiatto ^(it)

Noors: gløtte ^(no), titte ^(no)
Portugees: mirar ^(pt), espiar ^(pt)
Spaans: espiar ^(es), acechar ^(es), mirar de soslayo ^(es)
Surinaams: luru, pip
Tsjechisch: nakukovat ^(cs)
Turks: dikizlemek ^(tr)
Zweeds: snegla ^(sv), spana ^(sv)

Gangbaarheid

Het woord gluren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'gluren' herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

Verwijzingen

"gluren" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.