genderbender

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • gen·der·ben·der
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘iem. die bewust gedrag van de andere sekse vertoont’ voor het eerst aangetroffen in 1992 [1]
  • samenstelling van  gender   en  bender   [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord genderbender genderbenders
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

genderbender

  1. persoon die bewust gedrag van het andere gender vertoont, een transgender, travestiet, transseksueel
  2. (scheikunde) stof waarmee men het gender kan beïnvloeden
  3. (muziek) elektronisch apparaat dat de stem van gender doet veranderen

Gangbaarheid
  • Het woord genderbender staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen
  1. "genderbender" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
  2. genderbender op website: Etymologiebank.nl
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.