fietspomp

Nederlands

Fietspomp op het fietsframe
Uitspraak
Woordafbreking
  • fiets·pomp
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fietspomp fietspompen
verkleinwoord fietspompje fietspompjes

Zelfstandig naamwoord

fietspomp v / m

  1. pomp voor het oppompen van fietsbanden
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord fietspomp staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.