decideren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • de·ci·de·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘beslissen’ voor het eerst aangetroffen in 1520 [1]
  • afgeleid van het Franse décider of het Latijnse 'caedere' (hakken) met het voorvoegsel de- met het achtervoegsel -eren [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
decideren
decideerde
gedecideerd
zwak -d volledig

Werkwoord

decideren

  1. beslissen, uitmaken, besluiten
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord decideren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
93 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.