centrifuge
Nederlands
Woordafbreking
- cen·tri·fu·ge
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘centrifugaalmachine’ voor het eerst aangetroffen in 1865 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | centrifuge | centrifuges |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
centrifuge v/m
- (techniek) toestel dat gebruikmakend van de 'middelpuntvliedende' kracht, de mogelijkheid biedt om stoffen te scheiden, te zuiveren of te drogen
- Melasse en kristallen worden in een centrifuge gescheiden.
- De centrifuge van mijn wasmachine is kapot.
Hyponiemen
- gascentrifuge, sapcentrifuge, slacentrifuge, ultracentrifuge
Vertalingen
1. toestel dat gebruikmakend van de middelpuntvliedende kracht, de mogelijkheid biedt om stoffen te scheiden, te zuiveren of te drogen
Gangbaarheid
- Het woord centrifuge staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'centrifuge' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.