brandmerken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • brandĀ·merĀ·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
brandmerken
brandmerkte
gebrandmerkt
zwak -t volledig

Werkwoord

brandmerken [2]

  1. overgankelijk (vee) merken door het inbranden van een teken
  2. overgankelijk stigmatiseren
Afgeleide begrippen
  • brandmerking
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

brandmerken mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord brandmerk

Gangbaarheid

  • Het woord brandmerken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.