bezoekersstoel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·zoe·kers·stoel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bezoekersstoel bezoekersstoelen
verkleinwoord bezoekersstoeltje bezoekersstoeltjes

Zelfstandig naamwoord

bezoekersstoel m

  1. (meubel) een stoel voor een bezoeker
    • De huisarts zat aan een bureau met twee bezoekersstoelen één voor de patiënt en één voor de begeleider. 

Gangbaarheid

  • Het woord bezoekersstoel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.