bergkam
Nederlands
![](../I/m/Tsubakurodake_from_Otenshodake_2002-8-22.jpg)
bergkam met voetpad
Woordafbreking
- berg·kam
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van berg en kam
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bergkam | bergkammen |
verkleinwoord | bergkammetje | bergkammetjes |
Zelfstandig naamwoord
bergkam m [1]
- aaneengesloten reeks van hoogste punten van een berg die zich herkenbaar boven de omgeving aftekent en waarbij de tussenliggende hoogteverschillen relatief klein zijn
- Minutieus beschrijft Bosc in zijn debuut, dat bekroond is met de Grand Prix du Roman de l’Académie française, de zoektocht naar het verdwenen vliegtuig. Het blijkt frontaal tegen een bergkam gevlogen te zijn. [2]
- De aanvliegroute naar Rothera voert ons langs gletsjers, uitgestrekte ijsvlakten en bevroren bergen. Dan, tegen een kleine bergkam aangekropen, zie ik de Britse basis liggen.[3]
Vertalingen
1. aaneengesloten reeks van hoogste punten van een berg die zich herkenbaar boven de omgeving aftekent en waarbij de tussenliggende hoogteverschillen relatief klein zijn
Gangbaarheid
- Het woord bergkam staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bergkam' herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- NRC Margot Dijkgraaf 20 mei 2016
- NRC 1 februari 2013
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.