beramen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  beramen    (hulp, bestand)
  • IPA: /bə'ramə(n)/
Woordafbreking
  • be·ra·men
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
beramen
beraamde
beraamd
zwak -d volledig

Werkwoord

beramen [2]

  1. overgankelijk iets bedenken wat men wil uitvoeren (vaak negatief)
    • Zij beraamden een wraakzuchtig plan. 
    • Een misdaad beraam je, maar een reddingsactie bedenk je. 
  1. overgankelijk begroten, berekenen
    • Ik moest voor het bedrijf de kosten beramen. 
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord beramen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.