bediening
Nederlands
Woordafbreking
- be·die·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bediening | bedieningen |
verkleinwoord | bedieninkje | bedieninkjes |
Zelfstandig naamwoord
bediening v [1]
- de groep van personen die eten en of drinken brengen in een horecagelegenheid
Hyponiemen
- afstandsbediening, staatsbediening, voetbediening, zelfbediening
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. de groep van personen die eten en of drinken brengen in een horecagelegenheid
4. het toedienen van de sacramenten
Gangbaarheid
- Het woord bediening staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bediening' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.