beat

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • beat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord beat beats
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

beat m [2]

  1. (muziek) ritme
  2. beatmuziek
Hyponiemen
  • backbeat, discobeat, downbeat, swingbeat
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord beat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
89 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Engels

Uitspraak
  • Geluid:  beat (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /biːt/
  • SAMPA: /bi:t/
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudengelse beatan.
vervoeging
onbepaalde wijs to beat
he/she/it beats
verleden tijd beat
voltooid
deelwoord
beaten
onvoltooid
deelwoord
beating
gebiedende wijs beat

Werkwoord

beat

  1. slaan
  2. smeden
  3. verslaan
enkelvoud meervoud
beat beats

Zelfstandig naamwoord

beat

  1. slag
  2. ritme
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.