bariton
Nederlands
Woordafbreking
- ba·ri·ton
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘mannenstem tussen bas en tenor’ voor het eerst aangetroffen in 1772 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bariton | baritons |
verkleinwoord | baritonnetje | baritonnetjes |
Zelfstandig naamwoord
bariton m
- (muziek) een mannenstem tussen bas en tenor
- Hij had een welluidende bariton.
- een man die een stem tussen bas en tenor bezit
- De beroemde bariton trok altijd volle zalen.
- (muziekinstrument) een koperen blaasinstrument
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
- alt, bas, contra-alt, tenor, mezzosopraan, sopraan
Hyponiemen
- bas-bariton
Vertalingen
1. een mannenstem tussen bas en tenor
Gangbaarheid
- Het woord bariton staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bariton' herkend door:
91 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.