baanderheer

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • baan·der·heer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord baanderheer baanderheren
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

baanderheer m [2]

  1. (beroep) (leenstelsel) (adel) ridder, die recht had eigen vaan te voeren

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord baanderheer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.