auto-ongeluk
Nederlands
Woordafbreking
- au·to-on·ge·luk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van auto en ongeluk
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | auto-ongeluk | auto-ongelukken |
verkleinwoord | auto-ongelukje | auto-ongelukjes |
Zelfstandig naamwoord
auto-ongeluk o
- (verkeer) verkeersongeval waarbij minstens één auto betrokken is
Vertalingen
1. verkeersongeval waarbij minstens één auto betrokken is
Gangbaarheid
- Het woord auto-ongeluk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'auto-ongeluk' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.