appelflap
![](../I/m/Appelflap.jpg)
Appelflap van bladerdeeg
Nederlands
Woordafbreking
- ap·pel·flap
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘appelgebak’ voor het eerst aangetroffen in 1919 [1]
- samenstelling van appel en flap [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | appelflap | appelflappen |
verkleinwoord | appelflapje | appelflapjes |
Zelfstandig naamwoord
appelflap v/m
- (voeding) een lekkernij gemaakt van bladerdeeg, driehoekig van vorm en gevuld met een mengsel van appelblokjes en kaneel
- Een appelflap kan eventueel worden aangevuld met amandelspijs, krenten en/of rozijnen.
- (voeding) een lekkernij bestaande uit een schijf appel en gefrituurd deeg dat met oud en nieuw gegeten wordt
- Mijn moeder maakte met oud en nieuw altijd ronde appelflappen met de frituurpan.
- (scheldwoord) stommeling, sufferd
- Wat zijn jullie toch een rare appelflappen.
Vertalingen
1. een lekkernij gemaakt van bladerdeeg, driehoekig van vorm en gevuld met een mengsel van appelblokjes, rozijnen en kaneel
2. een lekkernij bestaande uit een schijf appel en gefrituurd deeg dat met oud en nieuw gegeten wordt
Gangbaarheid
- Het woord appelflap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'appelflap' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.