amfibie

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • am·fi·bie
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘periodiek in het water levend dier’ voor het eerst aangetroffen in 1698 [1]
  • uit het Latijn [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord amfibie amfibieën
verkleinwoord amfibietje amfibietjes

Zelfstandig naamwoord

amfibie m

  1. (dierkunde) een gewerveld dier dat zijn leven als een soort visje in het water begint en bij het opgroeien van gedaante verandert en op het land komt wonen
    • Een kikker is een van de meest bekende amfibieën. 
Hyponiemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord amfibie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

Afrikaans

enkelvoud meervoud
naamwoord amfibie amfibieë

Zelfstandig naamwoord

amfibie m

  1. (dierkunde) amfibie
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.