afkrijgen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afkrijgen (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ˈɑf.krɛɪ̯.χə(n)/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈɑf.krɛː.ɣə(n)/
- (Limburg): /ˈɑf.krɛɪ̯.ɣə(n)/
Woordafbreking
- af·krij·gen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af bw en krijgen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afkrijgen |
kreeg af |
afgekregen |
klasse 1 | volledig |
Werkwoord
afkrijgen
- overgankelijk erin slagen iets te voltooien
- Ik heb het gelukkig net op tijd afgekregen.
Vertalingen
1. erin slagen iets te voltooien
Gangbaarheid
- Het woord afkrijgen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'afkrijgen' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
87 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.