academisch
Nederlands
Woordafbreking
- aca·de·misch
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | academisch | academischer | |
verbogen | academische | academischere | |
partitief | academisch | academischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
academisch
- van of aan een academie
- Hij is academisch geschoold, want hij heeft op de universiteit gezeten.
- voor de praktijk minder belangrijk
- Dat is een zo'n academisch probleem dat nooit in de praktijk voorkomt of zal voorkomen.
- weinig origineel, schools volgend
- De impressionistische schilders voldeden niet aan het academisch schoonheidsideaal.
Hyponiemen
- postacademisch
Spreekwoorden
- Een academische kwestie.
- Een voor de praktijk onbelangrijke kwestie.
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord academisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'academisch' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.