Nederfrankisch
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: Nederfrankisch (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /ˈne.dər.ˌfrɑŋ.kis/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈne.dər.ˌfrɑŋ.kis/
Woordafbreking
- Ne·der·fran·kisch
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van neder en Frankisch
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | Nederfrankisch | - |
| verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
Nederfrankisch o
- de verzamelnaam voor een aantal West-Germaanse talen en taalvariëteiten die van het Oudnederfrankisch afstammen
Vertalingen
1. de verzamelnaam voor een aantal West-Germaanse talen en taalvariëteiten die van het Oudnederfrankisch afstammen
Bijvoeglijk naamwoord
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | Nederfrankisch | Nederfrankischer | - |
| verbogen | Nederfrankische | Nederfrankischere | - |
| partitief | Nederfrankisch | Nederfrankischers | - |
- betrekking hebbend op het Nederfrankisch
Gangbaarheid
- Het woord Nederfrankisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.