Gehegekaninchen

Duits

Uitspraak
  • IPA: /ɡəˈheːɡəkaˌniːnçən/
Woordafbreking
  • Ge·he·ge·ka·nin·chen
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

Gehegekaninchen o

  1. (dierkunde) een halfwild konijn, parkkonijn
  1. «Gehegekaninchen werden größer und schwerer als Wildkaninchen, weil sie unter günstigeren Verhältnissen in sogenannten Kaninchengehegen leben.[1]»
    Parkkonijnen worden groter en zwaarder dan wilde konijnen omdat zij onder gunstigere omstandigheden in een park leven.
Verbuiging
Hyperoniemen

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.