Zwarte doosschildpad

De zwarte doosschildpad[2] of zwarte klapborstschildpad[3] (Pelusios niger) is een schildpad uit de familie scheenplaatschildpadden (Pelomedusidae). De soort wordt vaak verward met de donkere doosschildpad (Pelusios subniger) en Pelusios castaneus. De soortaanduiding niger komt uit het Latijn en betekent 'zwart'.

Zwarte doosschildpad
IUCN-status: Gevoelig[1] (2019)
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Orde:Testudines (Schildpadden)
Onderorde:Pleurodira (Halswenders)
Familie:Pelomedusidae (Scheenplaatschildpadden)
Geslacht:Pelusios (Afrikaanse doosschildpadden)
Soort
Pelusios niger
Duméril & Bibron, 1835
Afbeeldingen Zwarte doosschildpad op Wikimedia Commons
Zwarte doosschildpad op Wikispecies
Portaal    Biologie
Herpetologie

Uiterlijke kenmerken

De kleur van het rugschild is zeer donkerbruin tot bijna zwart of roodbruin met een zwarte dorsale streep die over de kiel loopt, op het midden van het schild is een kiel aanwezig die bij jongere dieren goed zichtbaar is en bij oudere exemplaren vervaagt. Het buikschild is zwart van kleur met soms in het midden een gelige, onregelmatige vlek. De maximale schildlengte is ongeveer 35 centimeter.[4] De kop is relatief breed in vergelijking met verwante soorten en heeft een uitstekende snuit en enigszins gehaakte bek. De kop en ledematen zijn lichtbruin tot geel, aan de voorzijde van de poten zijn drie of vier vergrote schubben aanwezig. Mannetjes zijn van vrouwtjes te onderscheiden door een langere en dikkere staart, een concaaf (hol) plastron en een bultige neus. Daarnaast worden mannelijke dieren groter dan vrouwelijke.

Voorkomen en habitat

De zwarte doosschildpad komt voor in delen van Afrika: in Benin, Kameroen, Centraal-Afrikaanse Republiek, Ghana, Togo en Nigeria.[5] Mogelijk loopt het verspreidingsgebied door naar Angola, en komt de soort ook voor in Congo-Kinshasa, Congo-Brazzaville, Equatoriaal-Guinea en Gabon. De habitat bestaat uit permanente wateren met een zachte bodem in schrale omgevingen als graslanden en savannen. In droge tijden wordt een ondergrondse rustperiode gehouden.

Levenswijze

In het ongeveer 10 tot 12,5 cm diepe nest worden 6 tot 18 eieren afgezet, meestal 10 tot 13. De witte eitjes hebben een plooibare schaal. De zwarte doosschildpad is voornamelijk carnivoor en niet kieskeurig: het voedsel bestaat uit verschillende waterdieren als vissen, amfibieën, insecten, slakken en aas, ook planten als algen en waterplanten en plantendelen als zaden en fruit worden gegeten. De schildpad foerageert zowel overdag als 's nachts, vooral tijdens de schemering wordt op de bodem van het water naar voedsel gezocht. Overdag wordt regelmatig een zonnebad genomen.

In gevangenschap

Net als andere Afrikaanse doosschildpadden uit het geslacht Pelusios duikt de schildpad soms op in de dierenhandel. De soort staat bekend als niet agressief, maar kan door de grote kop en sterke kaken beter voorzichtig worden benaderd vanwege een potentieel vervelende beet. Bij aanraking kan een stinkende, olie-achtige vloeistof worden uitscheiden uit klieren in de pootoksels. Bij veel schildpadden gaat deze gewoonte verloren na enige jaren gevangenschap maar deze soort niet. Van de zwarte doosschildpad is bekend dat de soort al meerdere malen met succes in gevangenschap tot voortplanting is gekomen, met name in Nederland.[3]

Bronvermelding

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.