Zanddeeg
Zanddeeg, zetdeeg of boterdeeg is een deeg dat wordt gebruikt bij de bereiding van taarten en koekjes. Het heeft een kruimelige structuur en breekt gemakkelijk.
Dit artikel behoort tot de reeks over kookkunst |
Bereidingstechnieken en benodigdheden |
Ingrediënten en soorten voedsel |
Kruiden en specerijen |
Regionale keukens |
Westers · Latijns-Amerika |
Culinaire geschiedenis |
Oud-Egyptische keuken |
Zie ook |
Portaal |
Zanddeeg bestaat uit bloem, boter (of margarine) en basterdsuiker, zonder vaste verhoudingen. Zanddeeg wordt ook wel benoemd als kruimeldeeg, al wordt met die term eerder verwezen naar korstdeeg, waarbij wel eieren worden toegevoegd. Er kunnen ook andere smaakstoffen (zoals vanilline) aan het deeg toegevoegd worden.
De boter moet hard en ijskoud zijn. Bij de bereiding wordt de boter eerst mals gemaakt samen met de suiker. Daarna wordt er bloem over verkruimeld. Het deeg wordt met de bolle hand platgeslagen. Vervolgens moet het ten minste een uur in de koelkast rusten, zo dat de boter weer opstijft.
Een veelgebruikte verhouding is 1 : 2 : 3
- 100 g suiker;
- 200 g boter;
- 300 g bloem.