Steviolglycoside

Steviolglycosiden vormen een mengsel van zoetstoffen (o.m. stevioside en rebaudioside) die gewonnen worden uit de steviaplant (Stevia rebaudiana). Steviolglycosiden zijn hittebestendig, pH-stabiel, en vergisten niet. Bovendien veroorzaken ze, net als andere zoetstoffen, geen glykemische reactie, zodat ze gebruikt worden als suikervervanger voor diabetici en personen die een koolhydraatgevoelig dieet volgen.

Smaak

Steviolglycosiden zijn tot 300 keer zoeter dan suiker.[1] Het product wordt niet door alle gebruikers als zoet ervaren: veel mensen proeven een bittere bijsmaak, die bij sommigen overheerst.[2] Om die reden wordt vaak maltodextrine toegevoegd om de bittere smaak te compenseren. De optimale verhouding tussen maltodextrine en de stevioglycosiden ligt tussen de 40 en 45%.

Verwerking in het lichaam

Stevioglycosiden kunnen niet door het lichaam opgenomen worden. Een deel wordt door de darmflora echter omgezet in steviol, dat wel door het lichaam kan worden opgenomen. Steviol bindt in de lever aan glucuronzuur en verlaat het lichaam via de urine. De overige stevioglycosiden verlaten het lichaam via de ontlasting.[3]

Toelating

In Japan, China, Zuid-Korea en Brazilië zijn steviolglycosiden al geruime tijd toegestaan voor inwendig gebruik. In het oorsprongsgebied van de steviaplant, de grensstreek tussen Paraguay en Brazilië, kent het gebruik van stevia-extract als zoetmiddel al een eeuwenlange traditie en wordt er geen probleem van gemaakt door de wetgever.

In de Europese Unie was daarentegen, met uitzondering van Frankrijk, de toepassing van steviolglycosiden (stevioside en/of rebaudioside) in levensmiddelen tot 2014 niet toegestaan. Dit omdat de veiligheid ervan volgens de Wetenschappelijke Voedingscommissie van de Europese Unie niet vaststond.[4] De Franse overheid heeft in 2009 het aan stevioside verwante rebaudioside A officieel toegestaan als zoetstof.[5] In 2010 heeft de EFSA het gebruik van steviolglycosiden als zoetstof in voedingsmiddelen als veilig beoordeeld[6] en in 2011 werden steviolglycosiden onder E-nummer E960 opgenomen in de Europese lijst van voedingsadditieven.[7]

In Frankrijk is The Coca-Cola Company, drie maanden nadat de Franse overheid rebaudioside A officieel toestond als zoetstof, er als eerste toe overgegaan om een Fanta-variant met deze zoetstof te gaan zoeten.[8] Ook in Nederland zijn inmiddels verscheidene producten verkrijgbaar die met steviolglycosiden zijn gezoet.

Naamgeving

Steviolglycosiden moeten op het etiket vermeld worden als zodanig en/of als E960. Het etiket of ingrediëntenlijst mag niet de zin 'gezoet met stevia' bevatten, aangezien het dan zou gaan om de gehele plant, niet de geraffineerde zoetstof. 'Gezoet met een extract uit de steviaplant' (of vergelijkbaar) is wel toegestaan als aanduiding, mits in de ingrediëntenlijst de juiste benaming wordt aangehouden.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.