Pianosonate nr. 21 (Beethoven)

De Pianosonate nr. 21 in C op. 53, genoemd naar Beethovens Weense mecenas en vriend Graaf Ferdinand Ernst Gabriel von Waldstein, wordt beschouwd als een van de grootste onder de pianosonates van Beethoven. Ze is een van de bekendste sonates uit zijn zogenaamde middelste periode, samen met de Appassionata en Les adieux en een van zijn technisch meest veeleisende werken. Soms krijgt ze de bijnaam De dageraad, omwille van de sfeer die de sonore openingsakkoorden oproepen.

Pianosonate nr. 21, ("Waldstein")
Portret van Beethoven in 1804 door Willibrord Joseph Mähler
ComponistLudwig van Beethoven
Soort compositiepianosonate
Gecomponeerd voorpianoforte
ToonsoortC majeur
Opusnummer53
Compositiedatum1803-1804
Opgedragen aanGraaf Ferdinand Ernst Gabriel von Waldstein
Duurca. 25'
Vorige werkAcht liederen op. 52
Volgende werkPianosonate nr. 22 in F op. 54
OeuvreOeuvre van Ludwig van Beethoven
Portaal    Klassieke muziek

Delen

De sonate bestaat uit drie delen:

  1. Allegro con brio
  2. Introduzione. Adagio molto - attacca
  3. Rondo. Allegretto moderato

Allegro con brio

 Pianosonate nr. 21 in C 'Waldstein', Op. 53. I. Allegro con Brio (info / uitleg)

Het openingsmotief

De sonate begint met herhaalde pianissimo akkoorden, twee maten zonder melodie, dan met een klein jachtig motiefje. Dit patroon gaat door en komt tot een uitbarsting van snelle zestiende noten. Het tweede thema staat in E, de mediant- en niet de dominanttoonaard, wat Beethoven later nog zou doen in bijvoorbeeld de Hammerklaviersonate. In de reprise staat dit thema in A, maar het moduleert daar via a weer naar C, waarna het stuk eindigt in een stevige coda.

Introduzione. Adagio molto - attacca

 Pianosonate nr. 21 in C 'waldstein', Op. 53. II. Introduzione- Adagio molto (info / uitleg)

Het tweede deel is een kort adagio als inleiding op het derde. Het karakter gaat van kalm naar gejaagd, maar valt weer stil om meteen aan te sluiten op het rondo. Deze beweging vervangt een oorspronkelijk langer tweede deel, dat later apart werd uitgegeven als het Andante Favori, WoO 57.

Rondo (Allegretto moderato)

 Pianosonate nr. 21 in C 'waldstein', Op. 53. III. Rondo- Allegretto Moderato (info / uitleg)

Openingsmaten van het derde deel

Het rondo begint net als het eerste deel pianissimo met een zachte, troostende melodie. Deze wordt al snel fortissimo herhaald met bijzonder snelle trekken in de linkerhand en een onophoudelijke triller op de dominant in de rechterhand, terwijl ze de melodie speelt. Een tweede thema in triolen van gebroken akkoorden wordt kort voorgesteld, maar snel afgebroken voor een turbulente passage in a die het centrale deel al aankondigt, echter voorafgegaan door een herhaling van het eerste thema.

Met staccato octaven in c vindt dit centrale deel een aanvang. Wervelende triolen komen erbij en leiden de muziek naar een climax van hoekige akkoorden, die weer overgaan naar een kalme, bijna mysterieuze passage, die met veel dramatiek naar het eerste thema, fortissimo, teruggaat. Het tweede thema keert nog terug, gevolgd door een lang stuk dansachtige muziek (typisch voor Beethoven) en na enkele fortissimo akkoorden lijkt het stuk in een pianissimo weg te sterven. Er volgt echter nog een wonderlijke prestissimo coda, die met alle thema's speelt en met veel grandeur het werk besluit.

Bladmuziek

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.