Naaktvingergekko
De naaktvingergekko[2] of Egeïsche naaktvingergekko (Mediodactylus kotschyi) is een hagedis die behoort tot de gekko's (Gekkota) en de familie Gekkonidae. De gekko heeft vele verouderde wetenschappelijke namen, waarover de literatuur niet altijd eenduidig is.[3] De soort geboorde lange tijd tot de naaktvingergekko's (Gymnodactylus).
Naaktvingergekko IUCN-status: Niet bedreigd[1] (2009) | ||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ondersoort C. c. orientalis | ||||||||||||||||
Taxonomische indeling | ||||||||||||||||
| ||||||||||||||||
Soort | ||||||||||||||||
Mediodactylus kotschyi Steindachner, 1870 | ||||||||||||||||
Afbeeldingen op | ||||||||||||||||
Naaktvingergekko op | ||||||||||||||||
|
Verspreiding en habitat
De naaktvingergekko komt in Europa voor in het zuiden; in de landen Albanië, Anatolië, Bulgarije, Griekenland, zuidelijk Italië, Macedonië, Rusland en Servië. In de landen die tot het verspreidingsgebied behoren komt de naaktvingergekko soms in een zeer klein deel voor. In Bulgarije bijvoorbeeld komt de soort alleen in het zuiden voor en in Servië is de gekko zelfs alleen bekend van een enkel dorp; het zuidelijk gelegen Prizren.[1] In Griekenland komt de naaktvingergekko voor op een zeer groot aantal eilanden, te weten Amathia, Anaphi, Antiparos, Astropalia, Cycladen, Chios, Despotiko, Gaidaronisi, Gavdos, Glaropunta, Hydra, Kalymnos, Karpathos, Kasos, Kasos, Kepallonia, Kinaros, Kreta, Lesbos, Levitha, Limnos, Makaria, Megalo, Mikro, Milos, Ofidusa, Ovriokastro, Panteronisi, Phtheno, Preza, Salamis, Samos, Samothraki, Spiridonisi, Sporaden, Strongylo, Syrina, Tourlos, Tria Nisia. Ook in Hongarije komt de gekko voor, maar hier is de soort uitgezet en ook in delen van Italië komen uitgezette exemplaren voor.
Daarnaast is de soort te vinden in delen van het Midden-Oosten, in de landen Iran, Israël, Jordanië, Syrië en Turkije. Mogelijk komt de soort ook voor in Irak, maar dit is niet geheel zeker.[1]
De habitat bestaat uit rotsachtige gebieden zoals klippen niet al te dicht bij de waterlijn, muren, steenhopen en houtstapels; het is een bodembewonende soort. Na een zonnebad is de hagedis watervlug. Het voedsel bestaat uit insecten en hun larven. Vanwege de relatief eenvoudige levenswijze en algemene voorkomen wordt de soort verzameld voor de handel in exotische dieren.
Uiterlijke kenmerken
De naaktvingergekko is een kleine hagedis van meestal nog geen tien centimeter lengte inclusief staart. De kleur is grijs tot grijsbruin en deze soort heeft een kenmerkend bandenpatroon op de rug, wat bestaat uit zwarte witomrande V-vormige dwarsbanden met de punt naar de staart. De buik is geel tot wit van kleur en de staart heeft duidelijke stekels, met name bij de staartwortel. Ook onderaan de flanken en op de poten zitten in een rij enkele tientallen stekelachtige bultjes. Hiermee kan de gekko zich goed vastzetten in een rotsspleet bij verstoring. De juvenielen zijn bruin en hebben donkerbruine tot zwarte vlekjes. De ogen hebben een verticale pupil.
Naamgeving en taxonomie
Een andere gebruikte Nederlandstalige naam voor de naaktvingergekko is wel Egeïsche naaktvingergekko.[4]
De soort heeft door verschillende wetenschappelijke naamsveranderingen inclusief die van de ondersoorten meer dan 170 synoniemen. De naaktvingergekko behoorde lange tijd tot andere geslachten, zoals Cyrtopodion, Gymnodactylus, Tenuidactylys en Cyrtodactylus.
De naaktvingergekko heeft 31 erkende ondersoorten die voornamelijk verschillen in uiterlijk en verspreidingsgebied.
Bronvermelding
Referenties
Bronnen
|