Gregoriaanse kalender

De gregoriaanse kalender, genoemd naar paus Gregorius XIII die hem in 1582 afkondigde, is in bijna alle landen van de wereld de officiële kalender. Niettemin zijn er landen die naast de gregoriaanse kalender voor religieuze doeleinden een andere kalender gebruiken.

Officieel gebruikte kalenders over de wereld.

 Gebruikt Gregoriaanse kalender.

 Gebruikt aangepaste Gregoriaanse kalender.

 Gebruikt naast Gregoriaanse kalender nog een andere kalender.

 Gebruikt Gregoriaanse kalender niet.

Detail van de sarcofaag van Gregorius XIII, waarop de viering van de invoering van de gregoriaanse kalender wordt uitgebeeld.

De gregoriaanse kalender is een aanpassing van de voordien gebruikte juliaanse kalender. De aanpassing heeft betrekking op het systeem van schrikkeljaren en zorgt ervoor dat het gemiddelde kalenderjaar minder afwijkt van het gemiddelde tropische jaar.

De gregoriaanse kalender maakt net als de juliaanse kalender gebruik van de christelijke jaartelling.

Achtergrond

In de voorganger van de Gregoriaanse kalender, de juliaanse kalender, is ieder jaartal dat deelbaar is door 4 een schrikkeljaar. Het gemiddelde kalenderjaar telt daardoor exact 365,25 dagen. Een tropisch jaar duurt echter ongeveer 365,2422 dagen. De juliaanse datum loopt op die manier per duizend jaar ongeveer 7,8 dagen achter op de zon. In de Gregoriaanse kalender is het systeem van schrikkeljaren aangepast om dit probleem op te lossen.

Systeem

In de gregoriaanse kalender is een jaartal dat deelbaar is door 4 een schrikkeljaar, behalve als het jaartal wel deelbaar is door 100, maar niet door 400. Dat betekent dat bijvoorbeeld 1600, 2000 en 2400 schrikkeljaren zijn, maar 1700, 1800, 1900, 2100, 2200 en 2300 niet. Het gemiddelde gregoriaanse jaar duurt derhalve 365,2425 dagen (365 dagen, 5 uur, 49 minuten en 12 seconden). De gregoriaanse datum loopt per duizend jaar ongeveer 0,3 dagen achter op de zon. De gregoriaanse kalender heeft een periode van 400 jaar (400 jaar van gemiddeld 365,2425 dagen zijn 146.097 dagen, dat zijn precies 20.871 weken). Binnen perioden zonder jaar met een jaartal deelbaar door 100, maar niet deelbaar door 400, is er ook een cyclus van 28 jaar. Deze cycli zijn dus onder meer van toepassing in de periode 1901 - 2099 (ruim 7 stuks). Deze periodiciteiten gelden dus ook voor zondagsletters, weeknummers, "doomsdays" voor de berekening van de dag van de week en maand- en jaarkalenders. Daarbij moet bedacht worden dat de "doomsday" van een schrikkeljaar gekoppeld is aan de zondagsletter, en de begindatum van week 1, van het volgende jaar.

Invoering van de gregoriaanse kalender

oktober 1582
madiwodovrzazo
1234151617
18192021222324
25262728293031

De gregoriaanse kalender werd voor het eerst voorgesteld door de Napolitaanse arts Aloisius Lilius en werd overgenomen door het Concilie van Trente (1545-1563). Paus Gregorius XIII kon de kalenderhervorming pas in 1582 met de bul Inter gravissimas doorvoeren. Bij de invoering werden 10 datums overgeslagen om het begin van de lente terug te brengen naar 21 maart. De weekdagen liepen zonder onderbreking door: op donderdag 4 oktober 1582 volgde vrijdag 15 oktober 1582.[1]

In de rooms-katholieke landen Spanje, Portugal en Polen werd de gregoriaanse kalender direct zoals hierboven beschreven ingevoerd. Andere katholieke landen volgden binnen enkele jaren.

Gedenksteen in Jacobijnerkerk Leeuwarden

In veel protestantse gebieden werd de nieuwe kalender pas rond 1700 aanvaard. In Nederland aanvaardden Holland, Zeeland en de zuidelijke gewesten vrijwel onmiddellijk de nieuwe kalender, maar de overige gewesten deden dit pas in 1700 of in 1701. Gevolg was bijvoorbeeld dat de tornado die de Utrechtse Domkerk op 1 augustus 1674 in twee stukken splitste, in geschriften die de oude kalenderstijl hanteerden, gedateerd is op 22 juli. Soms werden beide stijlen genoteerd zoals op de gedenksteen die de Friese Staten lieten maken ter herinnering aan de Tachtigjarige Oorlog: de datums van de overeenstemming in januari, van het officieel goedkeuren in april en van de spectaculaire feesten in juni 1648, zie inzet afbeelding. De steen bevindt zich tegenwoordig in de Jacobijnerkerk in Leeuwarden.

Op de Britse Eilanden werd de gregoriaanse kalender de dag na 2 september 1752 ingevoerd. Die dag werd toen 14 september. Er werd daarna gesproken van Old Style en New Style. Er waren in het land vele opstootjes, want het volk eiste de hun ontnomen 11 dagen terug (men dacht werkelijk dat men 11 dagen eerder dood ging).

Japan stapte in 1873 over op de gregoriaanse kalender.[2] De invoering van de gregoriaanse kalender in het revolutionaire Rusland in 1918 had een vreemde bijwerking. Het verschil tussen beide kalenders was intussen tot 13 dagen opgelopen, zodat op 31 januari onmiddellijk 14 februari volgde. Drie maanden eerder, op 25 oktober 1917 (juliaans), had de Oktoberrevolutie plaatsgevonden. De eerste herdenking van die revolutie was 365 dagen later, wat niet meer viel in oktober, maar op 7 november.

Griekenland volgde in 1924 en in 1927 was Turkije het laatste land dat de gregoriaanse kalender officieel invoerde.

Zie voor een uitgebreid overzicht de lijst van invoeringsdata van de gregoriaanse kalender per land.

De in de astronomie gebruikte jaartelling komt overeen met de gregoriaanse kalender, maar rekent ook onbeperkt terug (proleptische gregoriaanse kalender). Er is daarbij ook een jaar 0 en er zijn negatieve jaartallen.

Kerkelijk gebruik

Effect van de aardrotatie

De Belgische sterrenkundige Jean Meeus heeft berekend dat door de onregelmatige vertraging van de aardrotatie er zes schrikkeldagen moeten komen te vervallen tot en met het jaar 10.000. Hij gebruikt het lente-tropisch jaar, dat loopt van de lente-equinox tot de eerstvolgende lente-equinox, in plaats van het gemiddelde tropische jaar, dit om het begin van de lente op 19, 20 of 21 maart (op het noordelijk halfrond) te kunnen houden; daarom moeten na het jaar 7999 vier schrikkeldagen vervallen. Er wordt – niet door Meeus zelf – uitgegaan van het volgende schema: de jaren 4000, 6000, 7200, 8400, 9200 en 10000, die nu schrikkeljaren zijn, zouden gewone jaren moeten worden.

Weekjaar

Strikt genomen zijn er in de standaard ISO 8601 twee kalenders met elk hun jaartelling, die met kalenderjaren van 1 januari t/m 31 december (365 of 366 dagen), en die van weekjaren.[3] Deze lopen van de maandag van week 1 tot en met de zondag van week 52 of week 53. Gemiddeld zijn kalenderjaren en weekjaren precies even lang, en in een cyclus van 400 jaar wijken de jaartallen alleen rond de jaarwisseling maximaal drie dagen van elkaar af, met het weekjaartal een meer of een minder dan het kalenderjaartal.

Binnen een cyclus van 400 weekjaren zijn er 71 weekjaren van 53 weken. Binnen een cyclus van 28 weekjaren (in bijvoorbeeld de periode 1900-2099) zijn er 5 weekjaren van 53 weken.

Zie ook

  • (de) Kalender-Rechner, een online programma converteert een datum vanuit een kalendersysteem naar keuze in een ander.
  • Eeuwigdurende kalender (bepaal de weekdag in de juliaanse of in de gregoriaanse kalender)
  • (en) The Kluznickian Calendar, op zeer principiële uitgangspunten gebaseerd voorstel voor een kalender met 13 maanden per jaar.
  • EASY-kalender, op praktische gronden gebaseerd voorstel voor een kalender met 13 maanden per jaar.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.