Golda Meïr

Golda Meïr (Hebreeuws: גולדה מאיר), soms ook geschreven als Golda Meir, geboren als Golda Mabovitsj (Russisch: Голда Мабович), tijdens haar huwelijk Golda Meyerson, bijnamen De IJzeren Dame en in de Arabische wereld De Oude Dame (Kiev, 3 mei 1898Jeruzalem, 8 december 1978) was de vierde minister-president van Israël, van 17 maart 1969 tot 11 april 1974.

Golda Meïr
גולדה מאיר
4e minister-president van Israël
17 maart 1969 - 3 juni 1974
VoorgangerLevi Eshkol
OpvolgerYitzchak Rabin
PartijAlliantie
Geboorte3 mei 1898
Kiev, Russische Rijk
Overlijden8 december 1978
Jeruzalem
Portaal    Politiek
Israël
Golda Meïr
PartijMapai (1949-1965)
Verbond (1965-1968)
Arbeiderspartij (1968-1969)
Verbond (vanaf 1969)
Functies
1949-1974Lid Knesset
1949-1956Minister van
Werkgelegenheid
1956-1966Minister van
Buitenlandse Zaken
1969-1974Premier
Website
Portaal    Politiek

Afkomst

Meïr werd geboren in Oekraïne (dat toentertijd tot het Russische Rijk behoorde). Op de vlucht voor het antisemitisme in Rusland emigreerde de familie in 1906 met de Red Star Line naar de Verenigde Staten en vestigde ze zich in Milwaukee in de staat Wisconsin. Later zou Meïr over haar tijd in Rusland zeggen: "Aan Rusland heb ik geen enkele gelukkige herinnering, alleen droevige. De nachtmerrie van de pogroms, het geweld van de Kozakken tegen jonge socialisten, angst en terreur."

In Milwaukee volgde ze een lerarenopleiding en gaf ze les op scholen. In 1915 werd ze lid van de Poalei Zion, de zionistische arbeidersorganisatie. Ze huwde in 1917 met Morris Meyerson, een huisschilder, socialist en zionist. In 1921 emigreerde ze met haar man naar het Britse mandaatgebied Palestina. Ze leefden een tijd in een kibboets en kregen twee kinderen. Nadat haar echtgenoot daar stierf in 1951, nam ze in 1956 een Hebreeuwse naam aan: Meïr dat "helder schijnen" betekent.

Loopbaan

In 1924 verhuisde ze naar Tel Aviv waar ze op verschillende plaatsen werkzaam was, onder andere bij de vakbond Histadroet en de ambtenarij. Op 14 mei 1948 was ze een van de 37 personen die de Israëlische onafhankelijkheidsverklaring ondertekenden. Van 1948 tot 1949 was ze de eerste Israëlische ambassadeur in de toenmalige Sovjet-Unie. In 1949 werd ze lid van de Knesset, het nieuwe Israëlische parlement, voor de Mapai, een van de Poalei Zion afgescheiden sociaaldemocratische, zionistische politieke partij, een ambt dat ze tot 1974 zou blijven bekleden. Tevens was ze van 1949 tot 1956 minister van Arbeid en van 1956 tot 1966 minister van Buitenlandse Zaken in opeenvolgende regeringen.

Premier

Ze werd na de dood van Levi Eshkol in 1969 minister-president, de derde vrouw in de wereldgeschiedenis na Sirimavo Bandaranaike en Indira Gandhi.

Tijdens haar regeerperiode begon de PLO een terreurcampagne tegen Israël van gijzelingen, vliegtuigkapingen en bomaanslagen. In 1972 vond het gijzelingsdrama op de Olympische Spelen in München plaats waarbij diverse Israëlische atleten door een Palestijnse terreurgroep om het leven werden gebracht. Meir stemde in met een beperkte contraterreur. Palestijnen met duidelijke terroristische banden werden met instemming van het kernkabinet door de Mossad geliquideerd.

Eveneens brak tijdens haar bewindsperiode in 1973 de Jom Kipoeroorlog uit die ze, alhoewel ze van tevoren door koning Hoessein van Jordanië was gewaarschuwd, niet echt had verwacht, evenmin als haar minister van Defensie Moshe Dayan.
De nasleep van deze oorlog deed haar regering uiteindelijk de das om. Haar regering werd geteisterd door interne ruzies binnen de coalitie, vragen over strategische blunders en zwak leiderschap. Ze diende daarom in het voorjaar van 1974 haar ontslag in en werd opgevolgd door Yitzchak Rabin.

Meïr leed vanaf de jaren zestig aan kanker. Ze overleed eind jaren zeventig op 80-jarige leeftijd aan deze ziekte. Ze werd begraven op de Herzlberg.

Uitspraken

Bekende uitspraken van Golda Meïr zijn:

  • "We zullen pas vrede hebben in het Midden-Oosten als de Arabieren meer van hun kinderen houden dan dat ze ons haten."
  • "Er is geen enkel verschil tussen zelf iemand doden of een ander sturen om voor jou te doden. Het is precies hetzelfde, zelfs erger."
  • "We vieren onze overwinningen in een strijd niet, we vieren het als we een nieuw soort katoen weten te kweken of als er aardbeien groeien in Israël."
  • "Ik geloof in het Joodse volk, en het Joodse volk gelooft in God."[1]

In een toespraak voor middelbare scholieren in Eilat in 1973 ontkende Golda Meir[2] dat er zoiets als een "Palestijns volk" bestond.[3] Vóór 1967 had zij daarvan nog nooit gehoord. "Het was niet zo dat er in Palestina een volk bestond dat zich als een palestijns volk beschouwde en toen kwamen wij en gooiden hen eruit en namen hen hun land af."[4]

Afbeeldingen

Wikiquote heeft een of meer citaten van of over Golda Meïr.
Zie de categorie Golda Meir van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.