zijnsleer
Nederlands
Woordafbreking
- zijnsĀ·leer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zijn en leer met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zijnsleer | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
zijnsleer v / m
- (filosofie) leer van het zijn, van de algemene eigenschappen van de dingen
Gangbaarheid
- Het woord zijnsleer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zijnsleer' herkend door:
45 % | van de Nederlanders; |
51 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.